De Romantiek beleefde haar hoogtepunt in de eerste helft van de negentiende eeuw. Het was een veelzijdige beweging die ontstond uit weerstand tegen de voortgaande industrialisatie en de wetenschap die daar de basis voor vormde.
De romantici vonden dat het leven aan kwaliteit verloor door dergelijke ontwikkelingen. Er was geen plaats meer voor het gevoel en de ambachtelijke manier van werken werd bedreigd.
In de schilderkunst kwam deze stemming het beste tot uiting in het landschap. Dat werd de drager van de gevoelens van de bezorgde kunstenaars. Woeste natuur, door de maan verlichte kusten, een nietige mens te midden van bergen en bossen; zo werd de natuur een metafoor voor datgene wat de rationele mens aan het verliezen was.
Lezing
Tijdsduur: twee uur